OPZ wethouder Berendsen is zijn geloofwaardigheid kwijtgeraakt. En Zandvoort D66 wethouder Kuipers.

11 augustus 2018

PvdA vindt belangenverstrengeling en vooringenomenheid van OPZ Wethouder Berendsen over Watertorenplein onaanvaardbaar. In de extra raadsvergadering van woensdag 8 augustus ’18 heeft de PvdA laten weten dat Berendsen niet meer geloofwaardig is. De portefeuillehouder moest uitleggen welke relatie hij en zijn partij onderhouden met een van de betrokkenen in het plangebied Watertorenplein.  En waarom hij dit niet gemeld heeft. Hij ging daarbij diep door het stof om uit te leggen dat hij niet scherp op zijn netvlies had dat de storting van € 4.500,- in de OPZ partijkas door deze betrokkene de schijn van belangenverstrengeling zou kunnen opwekken. Berendsen was bestuurslid ten tijde van deze substantiële storting in de kas door een belanghebbende. Er ging bij OPZ geen belletje rinkelen. Berendsen  vond melden blijkbaar niet nodig.  Ook OPZ fractievoorzitter Kramer droeg er kennis van maar vond het niet nodig er aandacht aan te besteden. Zelfs niet nadat door het vonnis in de rechtszaak over het Watertorenplein betrokkene weer aan tafel kwam te zitten voor overleg. Voor PvdA onaanvaardbaar.  

Een wethouder dient boven vooringenomenheid verheven te zijn. Berendsen had al een faux pas gemaakt in dit dossier door in te grijpen tijdens een radioprogramma van ZFM. Hij protesteerde tegen uitzenden van een geluidsfragment van een bijeenkomst met de architecten in het plangebied. In de media had hij verder laten weten niet te staan te dringen om beroep aan te tekenen tegen het vonnis van de rechtbank over het Watertorenplein. Een vreemde opstelling wat de PvdA betreft en reden om een extra raadsvergadering hierover aan te gaan vragen. 

PvdA is van mening dat de tik op de vingers die de gemeenteraad heeft gekregen niet zomaar aanvaard kon worden. Er dient beroep aangetekend te worden tegen het vonnis.  Berendsen vond van niet. Hij wilde er in onderling overleg met de architectenbureaus uitkomen. Als raadslid had hij alles in het werk gezet om tot een andere plankeuze te komen. Als wethouder dient hij nu de schijn van vooringenomenheid te vermijden en het gemeenteraadsbesluit loyaal uit te voeren. Ook PvdA heeft de vorige periode voor een ander plan gekozen. Maar uiteraard steunen wij de uitvoering van het democratisch genomen gemeenteraadsbesluit  loyaal. Gelukkig bleek al snel dat het college toch het wijze besluit nam om appèl aan te tekenen. 

Deze gang van zaken staat in een ander daglicht nu de belangenverstrengeling van OPZ met een van de bureaus op tafel ligt. Het roept vele vragen op. Wordt de partij ervoor betaald om een ander plan te realiseren? Is dit nu een schoolvoorbeeld van het OPZ cliëntilisme? 

In de raadsvergadering zijn deze en andere vragen door ons gesteld over de betrokkenheid tussen OPZ en een van de architectenbureaus.  Het feit dat de informatie nog steeds niet openbaar is gemaakt, is ons een doorn in het oog. Het algemene belang gaat hier voor de privacy. 

Kwalijk vinden we het ook feit dat de wethouder en zijn partij hier niet alert op is geweest. Er zijn al drie wethouders gesneuveld op dit gevoelige dossier, waarvan twee van OPZ-huize. Waarom claimt Berendsen nu  het dossier Watertorenplein terwijl een partijgenoot belanghebbende is in het gebied? Is dit de OPZ partijcultuur? Waar is het zelfreinigend vermogen? Het is de burgemeester geweest die Berendsen  hierover heeft aangesproken en vervolgens ging er niet meteen een belletje rinkelen. Men moest er eerst eens over nadenken. Waarom is het niet gemeld in het integriteitsonderzoek voorafgaand aan de benoeming? Wanneer zijn de gesprekken gevoerd met de bureaus? Was dit al bekend toen in het college? Ook aan de individuele collegeleden is gevraagd wat zij van deze gang van zaken vonden. Zowel wethouder Bluijs als Verheij gaven aan dat zij het volste vertrouwen in de wethouder hebben. In het college was dit blijkbaar niet een probleem maar een foutje.  

Uit de antwoorden die er kwamen bleek dat er op geen enkel moment een lampje bij wie dan ook binnen OPZ is gaan branden. En dat men van mening was dat de relatie ook niet relevant was omdat de planselectiefase al afgesloten was. Door de portefeuillewisseling was het opgelost. Berendsen weigerde de betrokkene bekend te maken en vond zijn optreden bij de radio ook verantwoord.  Hij bleef bij zijn verklaring dat hij het niet scherp op zijn netvlies had. Dat vond de wethouder wel een stomme fout waarvoor hij een aantal malen zijn excuses aanbood.

Voor de PvdA is het niet zomaar een foutje. Is het niet een gele kaart en nooit-meer- doen- situatie. Dit gaat om integriteit. Weten in welke positie je verkeert. Er moet een lampje gaan branden, zeker bij gevoelige zaken! We moeten er met elkaar alert op zijn dat we elke schijn vermijden. En dat gebeurt blijkbaar niet binnen OPZ. Dit is geen schijn meer, dit is belangenverstrengeling. 

In de raadsvergadering werd dat onze opvatting gedeeld door GBZ, PVV en D66. GroenLinks was afwezig wegens vakantie. Met name D66 wond er geen doekjes om. Niet alleen de fractievoorzitter maar ook raadslid Van Marle zette stevig in. Hij liet weten dat dit niet slechts de schijn van is. Maar dat dit indruist tegen de integriteitsafspraken die in de raad in diverse sessies zijn besproken.   

De voorgestelde oplossing om een portefeuillewisseling door te voeren ging ons met een aantal andere fracties niet ver genoeg. PvdA is van mening dat een wethouder in een collegiaal bestuur zo niet kan functioneren.  Het is voor de PvdA voorbij het punt dat de wethouder nog veel moet leren. De wethouder en zijn partij zijn niet meer geloofwaardig. We steunden de PVV-motie van wantrouwen samen met GBZ en D’66.

De VVD vond het allemaal overtrokken. Een storm in een glas water. Niet eens de moeite waard van een extra vergadering. VVD vroeg nog een schorsing aan vanwege de ondertekening van de motie. Maar kwam daar niet meer op terug. Bij heropening vergadering werd de stemming gelijk ingezet. Was dit vertragingstactiek? Het zou triest zijn als er op zo’n belangrijk onderwerp hiervoor gekozen wordt. 

De fractievoorzitter van OPZ sloot zich in zijn verklaring weliswaar aan bij de woorden van zijn portefeuillehouder dat het een stomme fout was, maar was zeker niet  ruiterlijk met zijn spijtbetuiging.  Voor collegepartij CDA was de afweging zichtbaar lastig. De fractie voelde de wethouder stevig aan de tand maar koos voor de gele kaart. Zandvoort moet bestuurbaar blijven, zo klonk de motivatie. Geheel anders reageerde collegenoot D66, waarvan wethouder Kuipers afwezig was wegens vakantie. Fractievoorzitter Hermsen liet in zijn stemverklaring weten dat indien de motie onvoldoende steun zou krijgen D66 uit het college zou stappen. En zo geschiedde helaas. OPZ wethouder Berendsen is zijn geloofwaardigheid kwijtgeraakt. En Zandvoort D66 wethouder Kuipers.